Tokio Calling: Adrie Berk
Het nieuwe medaille-event tijdens de Olympische Spelen in Tokio is de mixed teamrelay. We belden hierover met Adrie Berk, technisch directeur van de NTB.
Vorig jaar in juni werd bekend dat de mixed-teamrelay in Tokio, na een intensieve lobby van de internationale triathlonbond ITU, voor het eerst deel uit gaat maken van het olympische programma.
Hoe belangrijk is dat voor de sport?
“We zijn er heel erg blij mee. Het is een extra medal-event, dus dat betekent extra aandacht voor de triathlonsport en dat is natuurlijk altijd goed. De teamrelay is een schitterend evenement. Niet alleen om te beleven als sporter, maar ook om naar te kijken. Het is een spectaculair, moeilijk te voorspellen onderdeel, met veel snelheid, wissels en positieveranderingen. Dat maakt het extra spannend.”
Het betekent ook dat Nederland de kans heeft om meer atleten naar Tokio af te vaardigen…
“Dat is een mooie bijkomstigheid inderdaad. Het kan voor jonge atleten voor wie de lat om zich individueel te kwalificeren net iets te hoog ligt, een extra motivatie zijn. De gemiddelde leeftijd van triatleten die meedoen aan de Olympische Spelen is 28,5. Het is een zeldzaamheid dat iemand – zoals Maaike Caelers en Rachel Klamer in 2012 deden – zich op 21-jarige leeftijd weet te plaatsen. Dat wordt nu door de toevoeging van de teamrelay iets makkelijker.”
Nederland maakte in 2017 indruk met een derde plaats op het WK in Hamburg. Was dat ingecalculeerd of een verrassing?
“Die bronzen plak kwam voor iedereen als een verrassing, zowel voor de coaches als voor de atleten. We kozen in Hamburg voor een meer risicovolle startvolgorde, die in ons voordeel werkte. Als je op veilig speelt, start je met je sterkste atlete, maar wij hadden voldoende vertrouwen in Maaike en dat pakte heel goed uit. Al speelt geluk ook een rol. Het was een paar keer een dubbeltje op z’n kant, dat voor ons gelukkig telkens de goede kant opviel.”
Met een bronzen plak op zak lijkt kwalificatie dus reëel?
“Nederland is een early adapter als het gaat om de teamrelay. Dat zit een beetje in de Nederlandse sportcultuur, we zijn gefocust op nieuwe ontwikkelingen. We wisten dat het er aan zat te komen, dus zijn we meteen serieus aandacht aan de teamrelay gaan besteden. We hebben de afgelopen jaren steeds meegedaan aan EK’s en WK’s en dat heeft z’n vruchten inmiddels afgeworpen. En niet alleen in de vorm van een bronzen medaille. We hebben ook belangrijke punten verzameld en mogen aan alle teamrelays meedoen, terwijl landen die later zijn ingesprongen, zoals België en Rusland, moeite hebben om er tussen te komen. Voor Nottingham, Hamburg en Edmonton zijn er al wachtlijsten. Het maakt kwalificatie voor ons iets makkelijker.”
Wat zijn de kwalificatie-eisen voor de teamrelay?
“Er mogen maar negentien ploegen, plus gastland Japan, meedoen aan de mixed-teamrelay. De beste zeven landen op de ITU-ranking in mei 2019 plaatsen zich. De overige twaalf plaatsen – gastland Japan krijgt automatisch een startplek – worden tussen mei 2019 en maart 2020 verdeeld. Naast dat we ons als land moeten kwalificeren, moeten de atleten ook nog een plaats bij de eerste 140 op de individuele – niet geschoonde – ranking hebben veilig gesteld.”
"Omdat wij niet, zoals Frankrijk, de luxe hebben dat we uit zes atleten kunnen kiezen, stellen we voor iedere atleet een afzonderlijk traject op zodat zij de meeste kans hebben aan die individuele kwalificatie-eisen te voldoen."
Adrie BerkHoe ziet het traject naar Tokio er uit?
“Er kunnen de komende twee jaar punten voor de ranglijst verdiend worden in de ITU Mixed Relay Series-wedstrijden in Nottingham, Hamburg en Edmonton, in het olympische testevent in Tokio en tijdens wereld- en Europese kampioenschappen. Daarnaast is de individuele ranking van atleten belangrijk. Omdat wij niet, zoals Frankrijk, de luxe hebben dat we uit zes atleten kunnen kiezen, stellen we voor iedere atleet een afzonderlijk traject op zodat zij de meeste kans hebben aan die individuele kwalificatie-eisen te voldoen. Dat betekent dat Jorik van Egdom bijvoorbeeld meer sprint World Cups zal doen en Marco van der Stel meer zal uitkomen op de standaardafstand.”
Hoe groot is de rol van de tactiek in de teamrealy?
“Heel belangrijk. Wat we de afgelopen tijd in ieder geval geleerd hebben, is dat als je eenmaal op achterstand ligt, je niet meer terugkomt in de race. De gelosten, zijn gelost. De teamopstelling is dus heel belangrijk. Sander (Adrie’s zoon die als coach en wetenschapper is verbonden aan de NTB, red) is nu aan het onderzoeken wat de meest ideale teamopstelling is, zowel qua competenties als karaktereigenschappen. Jorik is bijvoorbeeld een roofdier, die kan met lopen nét iets extra’s geven als hij weet dat er nog een podiumplek inzit. Die komt dan ook later in de race beter tot zijn recht.”
Wat is de rol van de teamrelay-dagen, die in Sportzone Limburg gehouden worden, in dit geheel?
“De teamrelay is belangrijk voor ons. Door een goed programma uit te stippelen, denken we dat we het niveau van de triathlon in Nederland naar een hoger plan kunnen brengen. Maar als we in de toekomst een rol van betekenis willen blijven spelen in de teamrelay, zullen we de top moeten verbreden, zodat we uit meer atleten kunnen kiezen. Gelukkig zien we bij de vrouwen dat het gat tussen Maya Kingma en Kirsten Nuyes en Rachel Kamer minder groot wordt. Bij de mannen is er meer werk aan de winkel. Door het houden van de teamrelay-dagen willen we inventariseren wie er mogelijk in aanmerking komen voor de teamrelay, zodat we in de toekomst een grotere vijver hebben om uit te vissen.”
Nog niet
ingeschreven?
De redactie van Transition houdt jou graag op de hoogte van nieuwe artikelen, tips van onze Makers en sneak previews van nieuwe edities van het online magazine.
Deel dit artikel